Attentie: Wij werken alleen op afspraak.

Meer informatie bij een spoedgeval »

Worminfecties: algemeen

Het is, zoals blijkt uit onderstaande informatie, van groot belang voor mens en dier om de wormbestrijding goed aan te pakken.

Alle pups en kittens worden met spoelwormen geboren (hieronder leest u hoe dat kan), en moeten daarom ontwormd worden met een goed en veilig middel. Men dient te bedenken dat ontwormen niet werkt als een vaccinatie; ontwormen is het opruimen van bestaande infecties, niet het voorkomen van nieuwe infecties. Dit betekent dat een hond die enkele weken geleden ontwormd is, toch al weer opnieuw besmet kan zijn. Vandaar dat regelmatig herhalen van de ontworming belangrijk is. Verderop leest u hoe u de wormbestrijding aan kunt pakken.

Spoelworminfecties

Honden en katten die besmet zijn met spoelwormen scheiden met hun ontlasting meestal flinke hoeveelheden eieren uit. Eén spoelwormvrouwtje legt ongeveer 200.000 eieren per dag! De eieren in de ontlasting spoelen met de regen uit over een relatief groot oppervlak, en de larven wachten tot ze opgesnuffeld of opgelikt worden door een nieuw slachtoffer. Dit kan ook een kind zijn!

In de darm van het dier beginnen de larfjes aan een trektocht door het lichaam. Ze verlaten de darm, en een groot deel komt in de longen terecht, wordt opgehoest en doorgeslikt. Vervolgens groeien ze in de darm uit tot volwassen wormen die weer eieren gaan leggen. Zo is de cirkel rond. Een deel van de larven komt niet via de longen weer terug in de darm, maar kapselt zich in in het vetweefsel of spieren, en wacht daar totdat het dier drachtig wordt. Zodra het dier drachtig is worden deze larven actief en verhuizen naar de melkklieren en de baarmoeder. Zo gaan zij al voor en direkt na de geboorte de pups/kittens besmetten. Het is deze besmettingsroute die het haast onmogelijk maakt om de spoelworm definitief uit te roeien. De “slapende” larven zijn nl niet gevoelig voor wormkuren! Bij mensen (meestal kinderen) die besmet raken met spoelwormlarfjes zie je ook de trektocht door het lichaam. Omdat de mens niet de normale gastheer is wordt de cyclus niet afgemaakt via de longen; de larven worden “slapende larven”. Toch kunnen ze, afhankelijk van de plaats waar de zich inkapselen, voor problemen zorgen.

Bij pups en kittens verbruiken de spoelwormen veel voedsel en zorgen voor slechte groei en dikke bolle buikjes.

Lintworminfecties

De meeste lintworminfekties bij onze huisdieren ontstaan door het oplikken van vlooien die besmet zijn met lintwormen. Meestal gaat het dan om de lintworm Dipylidium caninum, een vrij onschuldige worm, die ook voor de mens niet gevaarlijk is. We zien de besmetting als er kleine wormpjes (‘rijstkorrels’) of segmenten van wormpjes in de ontlasting zitten, of rond de anus zichtbaar zijn. Goed ontwormen met een daartoe geschikt middel is dan noodzakelijk.

Er zijn een aantal lintwormen die via besmet vlees van runderen of schapen opgenomen worden. Deze lintwormen zijn schadelijker. Eén ervan, Echinococcus granulosus, is zelfs voor mensen erg gevaarlijk. De mens is tussengastheer van deze lintworm, die voor honden op zich ongevaarlijk is. Mensen die zich via contact met honden besmetten met de eieren van deze lintworm (niet goed handen wassen na contact met besmette ontlasting van de hond) kunnen in hun buik of hersenen enorme blazen ontwikkelen, die voor grote problemen zorgen. Dit is een van de redenen waarom honden altijd tegen dit soort wormen behandeld moeten worden voor vertrek naar Engeland of Scandinavië. Men wil daar dit soort risico’s buiten de deur houden.

Honden die regelmatig ontwormd worden lopen weinig risico.

Hoe vaak moet ik mijn dier ontwormen, en waarmee?

Let op: Er zijn veel ondeugdelijke ontwormingsmiddelen op de markt. De dierenarts is de aangewezen persoon om u te adviseren welk middel het beste voor uw dier is! 

Zoals al eerder gezegd: iedere pup en kitten wordt met een spoelwormbesmetting geboren. Daarom moet iedere pup of kitten vanaf de leeftijd van 3 weken om de twee weken ontwormd worden met een geschikt middel. Dit gaat door tot twee weken na het spenen. Daarna wordt de wormkuur 1 x per maand herhaald tot de leeftijd van 6 maanden. De ontwormingsfrequentie die men daarna moet gebruiken, hangt een beetje af van de omstandigheden. Een bruikbare frequentie is twee tot vier keer per jaar ontwormen.

Als u liever zo min mogelijk wormkuren wilt geven, adviseren wij om enkele malen per jaar wat ontlasting van uw dier bij ons te brengen voor een onderzoek op wormbesmetting. Als deze besmetting er niet is, is ontwormen op dat moment ook niet nodig!

Voor meer informatie over de risico’s en de daaraan gekoppelde ontwormingsfrequentie:
•  Klik HIER voor de hond
•  Klik HIER voor de kat.

Altijd telefonisch bereikbaar via 0499 - 374 205